Wat is een beenlengteverschil?
Een beenlengteverschil komt heel vaak voor. Tijdens de groei is een verschil in beenlengte zelfs heel normaal. We groeien schoksgewijs en zeker niet links en rechts simultaan. Gelukkig sluiten we deze periode zo op het eerste gezicht redelijk symmetrisch af. Kleine afwijkingen hoeven ook niet tot klachten te leiden. Het lichaam is een dynamisch geheel en geen stoel of tafel die wiebelt bij de kleinste scheefstand. Zijn er wel klachten, dan is een bezoek aan de (register) podoloog of podotherapeut wellicht de juiste oplossing.
We maken onderscheid tussen een structureel en functioneel verschil. Een structureel beenlengteverschil is simpel gezegd een werkelijk verschil in lengte (gemeten vanaf de grond met de voet in neutrale stand). Onder een functioneel beenlengteverschil wordt verstaan een verschil in lengte door beperkende bewegingsmogelijkheden binnen de gewrichten (buigen of strekken van tenen, voet, enkel, knie of heup).
Structureel |
Mijn linker knie staat in X-stand en mijn rechter knie niet, daarom sta ik scheef |
Functioneel |
Mijn linker knie kan ik niet goed strekken en rechts wel, daarom sta ik scheef |
Welke klachten geeft een beenlengteverschil?
Door de scheefstand kunnen diverse voetklachten ontstaan. Denk hierbij aan teveel rek op spieren enerzijds en beknellingen anderzijds. Aan de kant van het langste been kan bijvoorbeeld de compensatoire reactie zijn om de schouder omlaag te brengen. Er kan hierdoor een beknelling ontstaan bij linkerzijde van de onderrug. De nekspieren zullen juist verder moeten oprekken wat hier weer voor extra spanning kan zorgen.
Wat zijn de oorzaken van beenlengteverschil?
Er zijn tal van oorzaken die een beenlengteverschil kunnen veroorzaken. Hieronder staan enkele voorbeelden:
- Aangeboren heupafwijkingen (heupdysplasie)
- Tijdens de groei afwijkingen aan de groeischijf
- Artrose knie of heup
- Beenbreuk
- Beperking in de enkelvork of knie
- Operatie van het been
- Operatie van de meniscus of kruisbanden
Beenlengte verschil na knie- of heupoperatie
Dit is een bijzondere groep patiënten bij wie het beenlengteverschil juist zelden geen klachten geeft. Ik zou er dan ook voor willen pleiten dat iedere patiënt die een dergelijke ingreep ondergaat gezien zou moeten worden door de (register) podoloog of podotherapeut.
De screening zou zeker niet direct na de ingreep, maar in ieder geval binnen drie maanden na de operatie moeten plaatsvinden. De spieren hebben dan voldoende tijd gehad om zich te herstellen en er zal een goed beeld gevormd kunnen worden van het eindresultaat van de ingreep. Eventuele scheefstand in combinatie met de eerder genoemde klachten kunnen dan duidelijk aan elkaar worden gelinkt.
Een kleine illustratie
Stel je voor iemand gaat naar het ziekenhuis voor een knieoperatie. De pijnlijke (scheve) knie wordt weer een mooie rechte (prothese) knie. Na een tijdje verdwijnt de pijn van de operatie en (hoera!) de pijnlijke knie is weg. Alleen ontstaan er nu na enige tijd pijnklachten aan de niet behandelde knie of aan een van beide heupgewrichten.. wat is er hier gebeurd?
Doordat het geopereerde been nu langer is geworden ontstaan er andere krachten op de niet geopereerde knie en beide heup gewrichten. Het lichaam zoekt naar een nieuw evenwicht en zal de veranderingen proberen te compenseren.
Een steunzool maakt het (beenlengte)verschil
Het laten controleren van de stand van het bekken na een operatieve ingreep aan de heup en/of knie is dan ook zeer aan te raden. Scheefstand is in dit geval ongelijke belasting met daardoor meer kans op slijtage (artrose).
Vind een praktijk
Heeft u voetklachten door een beenlengteverschil? Onze Podozorgers staan voor u klaar! Met meer dan honderd Podozorg praktijken zit er altijd een podoloog of podotherapeut bij u in de buurt. Klik op de onderstaande knop en vind de dichtstbijzijnde praktijk!